Afbeeldingen:
• Rodin, De kus, tegen 1882.
• Odilon Redon, Dante en Beatrice,
1924.
• Mosè Bianchi, Paolo e Francesca, 1877. |
Dante’s Divina Commedia
De Divina Commedia (Goddelijke Komedie
)van Dante Alighieri (1265-1321) – zo’n 700 jaar
geleden geschreven –behoort tot de grootste literaire
werken van de Europese cultuur.
In honderd zangen (canti) beschrijft
Dante zijn tocht door de hel (Inferno) over de
louteringsberg (Purgatorio) naar het paradijs (Paradiso).
Als begeleiders heeft hij de dichter Vergilius,
zijn geliefde Beatrice, die al op 24-jarige leeftijd
overleed, en tenslotte de mysticus Bernard van
Clairvaux.
Vele kunstenaars hebben zich in de loop der eeuwen
door het beeldend taalgebruik van de dichter laten
inspireren. In deze lezing, gegeven door kunsthistorica
Marian van Caspel, wordt Dante’s reis verbeeld
aan de hand van werk van onder anderen Botticelli,
Michelangelo, William Blake, Dali, Robert Rauschenberg
en Juke Hudig.
De Commedia, zoals het werk oorspronkelijk heette,
kent een enorme rijkdom aan personages: meer dan
zeshonderd historische en mythologische figuren
worden bij naam genoemd. Aan vele van deze personen
zitten verhalen vast, zoals het ontroerende verhaal
van de geliefden Francesca en Paolo, tijdgenoten
van Dante. In de tweede kring van de hel, die van
de wellustigen, worden zij in een razende storm
eeuwig door de lucht rondgesleurd. Het beroemde
beeld van Rodin, De kus, is op deze geliefden geïnspireerd.
Deze lezing is bedoeld als een kennismaking met
de Divina Commedia. Een tipje van de sluier wordt
opgelicht: het verhaal van Dante gaat meer over
ons dan dat we zouden kunnen bevroeden.
In een
vijfdelige cursus over de Divina Commedia komt
dit uitgebreider aan de orde.
> zie cursus
|